Elke dag is er weer nieuws. Een paar dagen later is het eigenlijk geen nieuws meer, slechts een feit dat al dan niet in de vergetelheid raakt. Toch raakt nieuws ons wel, het houdt ons ook bezig en verdeelt ons zelfs. Dat roept de vraag op of het nieuws wat we horen wel juist is of, nog beter gezegd, objectief. Dat is heel lastig te bepalen.
Jan de Wit gaf gister een lezing over de journalistiek in de Tweede Wereldoorlog en je kan zeggen dat het nieuws niet objectief is. Zo kon het gebeuren dat een Duitse bron (krant) een feit vanuit een ander perspectief belicht of zelfs verdraait tot onwaarheid. Hij vertelde dat Duitsers op 5 mei 1945 (dag van de bevrijding) nog pamfletten verspreidde dat Duitsland helemaal niet gecapituleerd was. Maar ook tijdens de oorlog was veel berichtgeving 'gecensureerd' door de Duitsers. Alleen het verzet claimde het vrije woord te verkondingen, maar de berichtgeving uit Engeland was ook vaak gekleurd. Zo werd er over de invasie vaak positief geschreven, maar over de tegenvallers werden weinig woorden vuil gemaakt.
Of de mensen in de oorlog wisten of de berichtgeving gekleurd was, is lastig te bepalen. Mensen lazen de kranten, maar niet altijd voor de artikelen over de oorlog, maar ook over maatregelen die het (lokale) bestuur nam. Denk bijvoorbeeld over het blinderen van ramen in de avonduren zodat vijandige bommenwerpers moeilijker een stad konden herkennen.
Het is dus lastig voor een lezer om te bepalen wat nu objectief de waarheid is. Nieuws is in zekere zin altijd gekleurd. Toen ik zelf nog eindredacteur was bij de lokale kabelkrant, zag ik regelmatig (pers)berichten langskomen van belangengroepen waaruit duidelijk te lezen was dat het om meer ging dan alleen een objectieve mededeling. Vaak zat er een politieke boodschap in. Ik vroeg me dan ook altijd af waarom een bericht werd gestuurd, waarom nu en wat het doel was van een bericht. Het letterlijk overnemen was dan geen optie, het moest geplaatst worden in een context. Dat klinkt makkelijker gezegd dan gedaan. Als iemand zegt dat in een bepaald gebied meer orchideeën zijn gevonden dan klinkt dat als een feit, maar waarom wordt dat gedeeld? Wil men aantonen dat een bepaald natuurgebied waardevol is? Dat een bepaald beleid goed is? Zo kun je meer vragen stellen.
Het is aan de journalistiek om te duiden, maar als je als journalist niet de vrijheid hebt, wat doe je dan? Het is bekend dat journalisten die in Rusland ongewenste dingen schrijft, het leven niet zeker zijn. Is dat de journalisten te verwijten? Er was na de Tweede Wereldoorlog een journalistenzuivering. Het ging om journalisten die te opvallend met de agressor hadden samengewerkt.
Journalistiek is ook tegenwoordig vaak gekleurd. Soms is waarheidsvinding heel moeilijk. Zo melden diverse journalisten dat ze geen toegang hebben tot het zuiden van Libanon. Hoe kun je dan objectief verslag doen? Men is vooral afhankelijk van wat het Israëlische leger meedeelt of wat men hoort van bewoners in het gebied (en hoe betrouwbaar zijn die?).
We leven in een wereld die steeds meer polariseert. Dat is een gegeven. Als je als journalist net iets te positief schrijft over Israël, dan kun je waarschijnlijk rekenen op boe-geroep uit het pro-Palestijnse kamp. Maar dat geldt andersom ook.
Jan liet zelfs zien dat foto's die niet de (hele) waarheid laten zien. Zo is er een foto van soldaten die bij Rosmalen in een greppel lopen voor een bevrijdingsactie. De foto was van overdag, maar de actie vond plaats in de nacht. De fotograaf erkende later dat het beeld in scene was gezet, maar de actie had weldegelijk plaatsgevonden. De foto was nep, maar het verhaal was echt. Zo'n zelfde beeld is van soldaten in de Vughterstraat.
De bron waar het nieuws vandaan komt is belangrijk, maar dan moet de lezer wel bekend zijn met deze bron. Wie de Telegraaf leest zal moeten begrijpen dat die een andere insteek heeft als bijvoorbeeld de Volkskrant. Maar zelfs met die kennis, is het nog steeds heel moeilijk om te bepalen wat het echte verhaal is achter het nieuws.
Dat maakt dat objectief nieuws heel moeilijk is. Enerzijds om het schrijven en anderzijds om het als lezer te doorzien.